Geen loonsverhoging voor de DGA in 2025. Of toch wel?

Hoopte u op een hoger loon in 2025? Voor veel DGA’s blijft het salaris gelijk. Toch zijn er mogelijk kansen binnen de regelgeving. We zetten het voor u op een rijtje.

 

Volgens de belastingwet bent u als directeur-grootaandeelhouder (DGA) verplicht een minimaal salaris te verdienen: het gebruikelijk loon. De Belastingdienst stelt het gebruikelijk loon jaarlijks vast. Normaal gesproken stijgt dat ieder jaar. In 2025 blijft het gebruikelijk loon opvallend genoeg gelijk aan dat van 2024: € 56.000,-.

De Belastingdienst geeft de DGA in 2025 bruto dus geen loonsverhoging. Het goede nieuws is dat, volgens een voorlopige berekening, het netto loon wél stijgt (met ongeveer 1,75%).

 

Hoe zit het met de auto van de zaak?

Heeft u als DGA een auto van de zaak? Dan mag bij het vaststellen van het gebruikelijk loon rekening worden gehouden met de bijtelling. Dit bedrag is namelijk onderdeel van uw salaris.

Een voorbeeld
Bedraagt de bijtelling voor de auto van de zaak over 2025 € 10.000,-? Dan mag het bruto loon vastgesteld worden op € 46.000,- (€ 56.000 - € 10.000).

 

Wanneer mag u minder verdienen?

Het minimum salaris van de DGA in 2025 is € 56.000,-. Kunt u aantonen dat anderen bij een vergelijkbare functie een lager loon krijgen? Dan mag u een lager gebruikelijk loon aanhouden. U moet dan wel een vergelijking kunnen maken met de meest vergelijkbare werkzaamheden uit loondienst, waarbij een aanmerkelijk belang geen rol speelt.

Let op: heeft u werknemers in dienst met vergelijkbare werkzaamheden en een hoger loon dan u? Dan kan hun loon de hoogte van uw gebruikelijk loon bepalen.

Een voorbeeld
Een werknemer binnen uw onderneming met het hoogste loon verdient € 60.000,-. In dat geval zou uw gebruikelijk loon minimaal € 60.000,- moeten bedragen. Maar kunt u aantonen dat de functie van een werknemer met een loon van € 40.000,- meer vergelijkbaar is met die van u? Dan mag u uw loon vaststellen op € 40.000,-.  

 

Hoe zit het met uw partner?

Werkt uw partner mee in uw onderneming? Dan krijgt uw partner in principe ook het minimum gebruikelijk loon van € 56.000,-. Kunt u aantonen dat een vergelijkbare functie minder betaalt? Dan kunt u ook hier een lager loon hanteren. Ook mag u rekening houden met een parttimefactor, als dat van toepassing is.

Een voorbeeld
Uw partner werkt twee dagen per week voor uw BV. U kunt aannemelijk maken dat het loon van de meest vergelijkbare dienstbetrekking voor een voltijdsfunctie € 40.000,- bedraagt. Dan mag u het gebruikelijk loon vaststellen op 2/5 deel van € 40.000,-. Dat is € 16.000,-.

 

Is uw gebruikelijk loon € 5.000,- of lager?

Dan geeft u voor dat werk het loon aan dat u daadwerkelijk hebt ontvangen. Als u geen loon heeft ontvangen bent u niet verplicht om (gebruikelijk) loon aan te geven. De grens van € 5.000,- geldt voor het totaal van uw werkzaamheden voor alle vennootschappen of coöperaties waarin u een aanmerkelijk belang hebt. De grens geldt dus niet per BV of onderneming.

Een voorbeeld
U heeft een BV met als enige verplichting de uitkering van een pensioen en lijfrente. De bezittingen van de BV bestaan uit bankrekeningen en een effectenportefeuille die wordt beheerd door een externe partij. Uw werkzaamheden voor de BV zijn zodanig beperkt dat een gebruikelijk loon daarvoor lager zou zijn dan € 5.000,- per jaar. U hoeft geen loon op te geven.   

 

Meer weten?

Benieuwd wat dit voor uw situatie betekent? Neem vrijblijvend contact met ons op. Wij helpen u graag.